29 juni 2023

Big bag is… big mess

gepubliceerd op de columnist.net

‘Ben je je mobieltje nu alwéér kwijt?’ Misprijzend schudt mijn man zijn hoofd.

‘Nee, niet kwijt, ik kan het alleen even niet vinden.’
Het is een dagelijks terugkerend gespreksonderwerp. Ik moet altijd zoeken naar iets. Ook al weet ik bijna zeker dat het voorwerp zich ‘ergens’ in mijn handtas bevindt.

Wat sleep ik dan zoal mee? Wacht, ik pak mijn tas er even bij. Hij heeft twee voorvakjes en één groot vak. Die vakjes zijn waarschijnlijk oorspronkelijk bedoeld voor mijn sleutels en mobieltje. In de loop der jaren hebben zich er dingen in genesteld die ik snel ‘even’ kwijt moest. Mooie schelpen. Verfrommelde bonnetjes. Een horloge waar ik een nieuwe batterij in zou laten zetten.

De rits hapert omdat er een kettinkje tussen zit maar na wat getrek kan ik de inhoud van het grootste vak – zeg maar gerust mijn persoonlijke grabbelton – bekijken.
Mijn agenda; onmisbaar nu ik wat vergeetachtiger word. Natuurlijk heb ik ook een agenda app op mijn telefoon staan, maar als ik mijn telefoon vergeet of even niet kan vinden, is zo’n papieren exemplaar toch verdomd handig.
Zonnebrandcrème. Het is een voordeeltube, dus inderdaad wat groot om mee te slepen, maar daardoor kan hij niet per ongeluk door het gat in de voering verdwijnen. Oogpotloodjes. Meervoud ja, want de punten breken altijd af in mijn tas en dan koop ik maar weer een nieuwe. Slijpen zou eenvoudiger zijn, als ik die verdomd kleine puntenslijper niet altijd kwijt was.

Papieren zakdoekjes. Schone, maar ook vieze. Er is immers niet altijd een prullenbak in de buurt. Bovendien zijn gebruikte zakdoekjes meteen een goed afschrikmiddel tegen vreemde handen die in mijn tas willen graaien.

Tampons. Sommige met het plastic er nog netjes omheen, andere half bloot en opgeblazen doordat er ook altijd een ‘ik-dacht-toch-echt-dat-ik-het-goed-had-dichtgedraaid-waterflesje’ bij me heb.Gelukkig ben ik op een leeftijd dat ik geen tampons meer nodig heb.

En dan nog verschillende pennen die hun sporen in de voering hebben achtergelaten. Verder tref ik nog een boterhamzakje met inhoud aan. Ik kan niet meer met zekerheid vaststellen of er inderdaad een boterham inzit, maar zo te voelen is het in ieder geval iets zachts. Gatver, laat ik dat maar gelijk weggooien.

Kauwgum. De tijd heeft er al barstjes in gemaakt. En dan toch echt…mijn telefoon. Ah, zie je wel dat hij gewoon in mijn tas zat.

Wat heb je als vrouw toch veel mee te slepen! Geen wonder dat ik af en toe iets even kwijt ben. Ik probeer het probleem eens met andere ogen te bekijken. Wat zou mijn man bijvoorbeeld doen als hij zijn spullen steeds kwijt was?

Verrek, dat hebben we nog niet zo lang geleden meegemaakt. De hamers, schroevendraaiers, steeksleutels, rolmaat en ander gereedschap slingerden in zo’n grote gele tas rond, waardoor hij nooit wat kon vinden. Hoe heeft hij dat toen opgelost? Eens even in de garage kijken.

Gevonden! Een gereedschapskist op wieltjes met héél veel separate vakjes, afgesloten met een doorzichtige deksel zodat er niets uit kan vallen én je altijd kunt zien wat zich waar bevindt! Dat moet voor mij ook de oplossing zijn! Zodra mijn sleutelbos weer boven water is, rijd ik naar de Gamma. Nu maar hopen dat ze hem ook in het roze verkopen!


20 juni 2023

Andermans leed...


Ik vind het zelf ook best raar. En het lijkt alleen maar erger te zijn geworden sinds ik zelf in het ziekenhuis lag; de wens om voor het slapen gaan nog snel even op tv te zien hoe anderen lijden.

Ik zet mijn matras in een comfortabele kijkstand en bij ’24 uur op de EHBO’ is het vandaag al direct raak. Er komt een melding binnen van een man met een gevaarlijk hoog hartritme. Over tien minuten zal hij arriveren. Haastig zie je het personeel alle voorbereidingen treffen. Even later wordt het slachtoffer binnengereden.

Ik ben ook erg moe rond dit tijdstip, maar weet uit ervaring dat een hartslag van boven de 200 nog veel vermoeider maakt. Alle onderzoeken die deze man ondergaat, heb ik ook gehad. Ik prevel zachtjes: ‘het komt wel goed, meneer. Hier zijn goede medicijnen voor, maar u zit daar wel uw leven lang aan vast.’ Jammer dat hij het moet doen met een zeurderige, pessimistische vrouw naast zich. Daar kun je trouwens ook een hoog hartritme van krijgen!

Ik vind het een uitdaging om als leek in te schatten wat de patiënt uiteindelijk blijkt te mankeren en zonder op te scheppen: ik word er echt steeds beter in. Denk dat ik met alle ervaring die ik inmiddels heb opgedaan, best de triage zou kunnen runnen.

Wordt iemand hoestend en heel benauwd de EHBO binnen gereden? Dan hoop ik dat er niet heel veel vocht in de longen zit. Super pijnlijk als ze dat eruit moeten zuigen, weet ik van mijn broer.

Heel vaak zegt het personeel trouwens dat ze de pijnplek eerst gaan verdoven, maar geloof dat maar niet! Ze probéren het wel te verdoven, maar als je een schouder uit de kom weer ‘erin moet laten schieten,’ is er geen werkende verdoving! Het is ook niet voor niets dat de schouderkop erin moet ‘schieten’ in plaats van het veel lieflijker woord ‘glijden’. Meestal hoor je dan ook geen kleine au meer uit je televisietoestel komen, maar een oerschreeuw die door merg en been gaat. Ik zet het geluid dan ook alvast wat zachter. Zelfs ik heb grenzen bij wat ik aankan!

Er wordt een hevig bloedende jongeman binnengebracht. Hij is met zijn vinger in de kettingzaag gekomen. Ik ben net begonnen aan mijn bakje snoeptomaatjes, als een verpleegkundige het verband van zijn hand draait. Jee, dat ziet er akelig uit. Zeker omdat een deel van de ketting nog in de vingers vastzit. Bij deze patiënt hoef ik niet te raden wat de diagnose is, nou ja, het kan natuurlijk nog variëren van (enkel) huidschade tot doorgesneden pezen en zenuwen.

Uiteindelijk is het altijd de arts die bij de ernstigere gevallen komt vertellen wat er uit de onderzoeken is gekomen. Of het verschijnt nog in een paar regeltjes in beeld, net voor de aftiteling.

Mevrouw Stevens is goed hersteld van haar botbreuk. Helaas viel zij een paar weken later bij het afdoen van de keukentegeltjes van haar aanrecht en brak ze haar nek.

Hè bah, wat een naar einde, denk ik dan. Moesten ze dat laatste er nu echt bijzetten? Want hoewel ik wel wat sadomasochistische trekjes heb, ben ik wel dol op een goede afloop, zo net voor het slapen gaan.


14 juni 2023

Wat is er leuk aan werken in een bibliotheek?


 

Iedereen in mijn directe omgeving weet inmiddels wel dat ik als vrijwilligster in de Venlose stadsbibliotheek werk. Ook veel anderen weten dat trouwens, omdat ik harder ga praten als ik ergens erg enthousiast over ben.

S
orry! Maar het is ook zo'n leuke, levendige plek om te werken! Het is eigenlijk een soort mini-samenleving. Er komen letterverslinders zoals ik zelf ook ben, maar ook jongeren die in alle rust willen kunnen studeren, vluchtelingen en anderstaligen die Nederlands komen oefenen, kinderen die met ouders of (opvallend veel) grootouders boeken komen uitzoeken of komen luisteren tijdens het voorlees-uurtje, mensen die hulp nodig hebben bij belastingzaken of digitale problemen. De bieb doet tegenwoordig zoveel meer dan boeken uitlenen! En dan heb ik nog niets eens benoemd dat er heel veel evenementen georganiseerd worden!

Ik werk drie uur per week, en dat blijkt voor mij ook wel direct het maximum. Omdat het maar één ochtend per week is, duurde het inwerken helaas wat langer dan dat ik leuk vond. Wie mij een beetje kent, weet dat ik niet van hulp vragen hou én dat ik mijn werk graag (meteen) goed doe. En dat mijn geheugen, vooral voor cijfers, erbarmelijk slecht is geworden van de chemo. Ik moest dus heel veel vragen en nog meer noteren, zodat ik het niet zou vergeten. Zoals? De viercijferige code van het kluisje voor vrijwilligers. Handig immers om ook na afloop van het dagdeel nog te weten als ik mijn tas mee naar huis wil nemen. De viercijferige code van de lift, anders kom je niet in de kelder waar het magazijn is. De viercijferige code van de toegangsdeur naar de personeelsetage. Ja, al die codes zijn weer anders. Ze pasten maar nét in mijn linker handpalm, klein geschreven. De namen van degenen met wie ik werkte, schreef ik thuis direct op, zodat ik ze de keer erop nog 'wist'. Maar ik moest vooral natuurlijk de plaats van de boeken, dvd's en tijdschriften leren onthouden. Vooral bij de kinderboeken heb je enorm veel categorieën, ingedeeld naar leesniveau, (of) leeftijd, prentenboek, fictie of informatief.  
 
Na een paar maanden merkte ik dat het allemaal steeds meer vanzelf ging. Het cliché dat veel oefenen baat, bleek ook nu weer terecht een cliché.
De vaste krachten, die uiteraard zelf achter de balie staan en alle knowhow hebben om mensen met een verloren pas, boek (kind? ouder?) te helpen, zijn heel erg aardig en we worden steevast bij vertrek bedankt voor het werk dat we die ochtend hebben verstouwd. Voldaan stap ik daarna met een stapeltje net ontdekte boeken, naar buiten. Het leukste compliment ontving ik echter gisteren indirect van een collega-vrijwilligster waarmee ik eens in de twee weken samenwerk. 'Wat een puinhoop was het vorige week dinsdagmiddag toen jij er 's morgens onverwacht niet kon zijn. De inleverkasten puilden uit van de boeken, er stonden karretjes met boeken uit het magazijn die nog allemaal
Het leukste compliment ontving ik echter gisteren indirect van een collega-vrijwilligster waarmee ik eens in de twee weken samenwerk. 'Wat een puinhoop was het vorige week dinsdagmiddag toen jij er 's morgens onverwacht niet kon zijn. De inleverkasten puilden uit van de boeken, er stonden karretjes met boeken uit het magazijn die nog allemaal klaargezet moesten worden bij 'reserveringen. Er was geen doorkomen aan!" 

Ik glimlachte. Wat heerlijk dat het zonder ons, de vrijwilligers, een puinhoop wordt! 😊

09 juni 2023

Een mooie ontdekking


Uit eerdere schrijfavonturen weet ik nog dat het goed is om ruim voor de publicatie van een boek een lezerspubliek te verzamelen. Schrijfwedstrijden zijn daar geschikt voor, vooral als je ze weet te winnen.

Maar ook websites waarop in mijn geval columns gepubliceerd worden, zijn natuurlijk heel aantrekkelijk om een groter bereik mee te krijgen. Er zijn meerdere websites in Nederland die (voornamelijk) columns plaatsen, maar deze week ontdekte ik decolumnist.net. Het leuke van de redactie achter deze site is dat ze iedereen uitnodigen columns in te sturen, maar dat ze zeker niet iedere column plaatsen. Nee, ze gaan er met een kritisch oog naar kijken en geven verbeterpunten door. Pas als je het daarmee eens bent en ze verwerkt hebt, komt je column op hun site. Er verschijnt maximaal één column per dag zodat je als lezer ook niet overvoerd raakt. 

Ik stuurde deze week een behoorlijk verse column in, over een stommiteit van mezelf, en deze is vandaag al geplaatst!😊 Ik hoop dat er meer bedenksels van me passen én geniet van wat andere auteurs al op deze site achterlieten. Ik zou zeggen, neem er snel een kijkje! 

https://decolumnist.net/