14 augustus 2012

We missen je nu al!

Ik huil altijd als mijn zus Marion, die in de VS woont, aankomt op Schiphol en ik huil altijd als ik weer afscheid van haar moet nemen op bijna dezelfde plek, slechts één verdieping hoger. Deze keer zaten er tien dagen tussen. Bij haar aankomst is het uiteraard puur een uiting van blijdschap. Ik kan niet ophouden haar aan te raken, haar naar me toe te trekken. Al hebben we meestal minstens één keer per week lang contact via Skype, het is zo anders als ze er echt is! Na het knuffelen rijden we naar huis en het is een autorit die, ondanks dat hij ons een uur of twee kost, voorbij vliegt. We praten over wat ze de eerste avond wil eten (frikandel speciaal of toch liever die loempia?). En dan doen we 'zussendingen', die ik niet uit hoef te leggen aan vrouwen die een zus hebben waar ze ook nog eens heel goed mee op kunnen schieten. En die ik niet uit wil leggen omdat ze lekker privé zijn. |
De dagen samen gaan veel te snel voorbij en gisterenavond, tijdens een enorm gezellig etentje bij een hapas-eettentje, kwam ineens het besef ten volle dat ze vandaag weer terug moest gaan.
'Een snel afscheid', sprak ik flink. 'Precies', zei Marion net zo gedecideerd, 'anders wordt het toch alleen maar lastiger'. we missen je!

We stonden om half zes op, waren keurig op tijd op Schiphol en hadden zelfs nog tijd over voor een soort laatste Avondmaal, in dit geval beter een laatste ontbijtmaal geheten. Meer dan koffie kregen we alledrie niet weg . We reden de koffers naar het check-in punt en omhelsden elkaar met enorm veel liefde. Tranen, nu vooral omdat je alledrie niet weet wanneer je elkaar weer ziet. 'Dan gaan we nu hé', zei ik, en... ik bleef staan. Jos ook. Marion zwaaide dapper en toog de rij in, ons achterlatend (inherent aan vertrekken). 
We keken en keken, alsof we, door te kijken naar haar, de herinnering nog dieper konden verankeren. Toen kwam ze terug. 'YES', dachten we even, heel even maar. Heel raar, als je iemand weer terug ziet komen, maar ze bleek in de verkeerde rij terecht te zijn gekomen. Ze kon daarna onmiddellijk inchecken en was in een vloek en een zucht haar koffers kwijt en door de douane. Een opgestoken hand was het laatste wat we zagen. Jos sloeg lief een arm om me heen en we praatten elkaar moed in onderweg naar huis.

Thuisgekomen lag er een heel hartverwarmende brief van haar en zij leest ongetwijfeld vandaag onze jij-is-lief- afscheidskaartjes.

En morgen...skypen we weer met de wetenschap dat we gelukkig heel erg dicht bij elkaar zijn, al is het niet fysiek.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten