17 oktober 2023

Jeugdherinneringen (gepubliceerd op decolumnist.net)

Jongere mensen kunnen het zich waarschijnlijk niet voorstellen, maar in de tijd dat ‘ik’ jong was, konden we niet twitteren, chatten, berichtjes op Facebook of TikTok zetten of bekijken. Het nieuws kon je hooguit ’s avonds op de televisie zien en wilde je iets ingewikkelds weten, dan pakte je een encyclopedie. Fake-news kenden we niet, want wat in de encyclopedie stond, klopte gewoon altijd. Tenminste, zo werd ons verteld!

Alle meisjes hadden dezelfde hobby’s, tenminste in mijn herinnering. We hielden van ‘Eén van de acht’ kijken op zaterdagavond, buiten rolschaatsen, capriolen uithalen met een lang elastiek of hinkelen met een platgestampt wybertdoosje.


Binnen lazen we boeken. Heel veel boeken! Mijn moeder en ik gingen bijna wekelijks op een vaste dag naar de bibliotheek. Ik denk dat je er in die tijd als kind niet eens alleen naar binnen mocht. Het was er zó stil dat je je diep schaamde als je een keer moest niezen. Het kon ook goed dat een bibliothecaresse (het waren altijd vrouwen) dan al heel vernietigend jouw richting uit keek. ‘Sssst!’

Als jong kind had je gelukkig wel al geleerd hoe je je in een bibliotheek moest gedragen. Niet doordat je al eens gastvrij was ontvangen met bijvoorbeeld een leuke voorleessessie voor kinderen zoals ze tegenwoordig in ‘mijn’ bieb doen. Nee hoor, andere tijden! Je kwam met klassen tegelijk naar de plaatselijke bieb en het thema was: ‘Hoe houd ik de bibliotheek netjes?’ Je leerde hoe je een dik kunststof plaatje moest hanteren. Je moest het heel voorzichtig tussen twee boeken steken, op de plek van het boek dat je pakte. Zo kon je het boek op precies dezelfde plaats terugzetten EN DAT WAS HEEL BELANGRIJK!

Ik moest echt altijd weer boeken terugzetten, want ik koos er steevast meer uit dan dat ik mocht lenen. Ik was stapelgek op de meisjesboeken over Pitty, die op kostschool zat. En ik las álles van de Dolle Tweeling, die allemaal dingen deed die zeker in de bieb niet gemogen hadden. En natuurlijk las ik Leni Saris. Romantiek, aantrekkelijke, maar toch lieve mannen met relaties die ergens halverwege op de klippen dreigden te lopen maar verrassend genoeg altijd goed afliepen. Ik verslond ze, hoewel mijn moeder ze verafschuwde. Ze bevatten in haar ogen veel te veel seks (ja, er werd wel eens een zoen gegeven)!

Als kind droomde ik van onbeperkt mogen lezen, want er zaten veel restricties aan lezen in die tijd. Men dacht nog dat het slecht voor je was, veel lezen. ‘Kind, je verleest je verstand’, zeiden ze tegen me. Ik wist niet precies wat het betekende maar ik vond het eigenlijk wel mooi klinken, iets om naar te streven.

In bed lezen was helemáál slecht, daar holden je ogen van achteruit! Dus las ik, net als mijn vriendinnen, stiekem met een zaklamp onder het laken. Bang om toch al lezend in slaap te vallen, want dan kwamen er ezelsoren in het boek en dan zou er wat zwaaien. Het personeel van de bibliotheek was immers geselecteerd op ‘de bibliotheek netjes houden’ en hield ongetwijfeld veel meer van boeken dan van kinderen. Niet alles was vroeger beter!

Gelukkig ben ik altijd verslaafd gebleven aan lezen. Met een lidmaatschap bij de bieb kan ik nog steeds aan mijn leeshonger voldoen en kan ik meer boeken tegelijk lenen dan dat er in mijn fietsmand passen. Ben ik onverhoopt toch een keer door de boeken heen? Dan is er gelukkig altijd nog vermaak te zoeken op de sociale media.


02 oktober 2023

Manipulatieve relatie (gepubliceerd op www.decolumnist.net)

Soms snap je niet waarom je zo lang doorgaat met een scheefgegroeide relatie waarbij volledig over jouw behoeften wordt heen gewalst. Ik zit al tien jaar in een dergelijke relatie en vraag me regelmatig af: ‘Waar ben ik aan begonnen?’ Ik kan het echter ook niet over mijn hart verkrijgen om de relatie met P. te beëindigen.

P. is enorm bazig. Als we bijvoorbeeld samen gaan wandelen, bepaalt P. altijd het tempo. Soms is ze niet vooruit te branden, op andere momenten kan ik haar amper bijbenen. In huis laat ze ongegeneerd vieze winden, zonder enige vorm van excuus. Even later hangt ze vrolijk boven mijn gezicht met een adem waar je steil van achterover slaat.

Honden, want dáár heb ik het over, hebben het beste leven dat je je kunt wensen. Deze diersoort mag namelijk alles wat je zelf ook graag zou doen, maar wat er – door jarenlange pogingen tot opvoeding door ouders en/of partners – uit geramd is. Honden krijgen geen bon voor wildplassen buiten. En als ze een keer binnen plassen, poepen of overgeven komt het baasje er haastig aangerend met keukenrol. ‘Ach schatje, ben je niet helemaal lekker vandaag?’ Als je als hond aandacht wil, dan ga je lekker op de warmste schoot liggen die je kunt vinden en meestal begint de eigenaar van de schoot dan wel achter je oren te kriebelen.

Eten voor honden is zeker zo lekker als mensenvoer en komt eigenlijk ook gewoon op hetzelfde neer: je hebt variaties met kip, rundvlees, vis en groente. Een beetje slimme hond weet hoe hij saaie brokken kan laten vervangen door blikvoer of zelfs vers vlees: gewoon in hongerstaking gaan totdat de sponsoren overstag gaan. Er zijn maar weinig bazen in staat om bij een hond af te wachten totdat hij vanzelf weer gaat eten. Piepen, blaffen of janken om beloningsbrokjes werkt uiteindelijk ook, al gaat dit natuurlijk volledig tegen het principe van beloningsbrokjes in!

Ook wat betreft vrije tijd heeft een hond het heel erg goed. ’s Morgens, als iedereen aan werk of school moet beginnen, rekt een hond zich nog eens lekker uit en doet-ie nog een extra tukkie, het liefst op een plekje dat al warm is gemaakt door een huisgenoot. Daarna struint hij op zijn gemak het huis af op zoek naar verdwaalde cornflakes en brood- en kaasresten. Negen van de tien keer met succes, in ieder geval in ons huis.

Zijn er ook nadelen aan hond zijn? Ja, je moet een beetje leren luisteren, maar meestal zijn het maar een stuk of vier commando’s. Met goed reageren op ‘zit’ en ‘pootje’ scoor je in menig gezin al heel wat extra hondenkoekjes. Er zijn honden die zelfs met hun baasje mee naar bed mogen. En ja, beken ik met het schaamrood op de kaken, Pebbles is er ook zo een.

Ik weet niet meer wanneer we gestart zijn met haar mee naar bed nemen, maar ik weet uit ervaring wel dat dit veel sneller aangeleerd dan afgeleerd is. Pebbles slaapt keurig aan het voeteneind. Meestal. Tenzij ze het koud heeft, dan komt ze naast me staan totdat ik wakker ben en het dekbed voor haar opensla. Tsja.

Ik weet het inmiddels zeker: in mijn volgende leven wil ik hond worden. Bij voorkeur in mijn eigen gezin zodat ik al weet hoe ik de relatie met mijn baasje flink kan manipuleren!

04 september 2023


Snurken en seks


gepubliceerd op www.decolumnist.net

‘Snurk jij?’ Ze vraagt het met een lief lachje.

‘Wat een rare vraag, we kennen elkaar pas een week!’
‘Nou, het is anders wel een hele belangrijke vraag! Ik las onlangs dat snurken vaak leidt tot irritaties en ruzies, waardoor er minder behoefte aan seks is. Stel nu dat wij niet evenveel snurken, dan voorzie ik een flink probleem. Lijkt me dus heel logisch dat we daar in een vroeg stadium over praten. Dus nogmaals: snurk je?’

Hij speelt wat met een bierviltje.
‘Jij?’

‘Nee, ik had het aan jou gevraagd. Ik heb je wel door. Dadelijk zeg ik dat ik niet snurk en dan zeg jij ook snel van niet. Of ik zeg dat ik snurk en jij zegt dan ook dat je snurkt, om ervan af te zijn. En dan wonen we straks samen, lig ik lekker te snurken in de verwachting dat jij ook snurkt en heb jij achter mijn rug om een vriendinnetje, omdat je niet genoeg seks kunt hebben.’

‘Jeetje, zo heb ik het nooit bekeken, eerlijk gezegd. Nou, als het zo belangrijk is dan: ja, ik ben inderdaad een snurker. Is je vraag nu voldoende beantwoord?’

'Een kwart van alle mensen die snurkt heeft nooit of bijna nooit seks. Hoor jij daar ook bij?’

Het wordt me wel erg intiem allemaal, we hebben nog niet eens gezoend samen! Maar nu wil ik het toch echt ook van jou weten: Snurk jij?’

‘Nee, ik niet. Daarom is het ook goed dat we het er nu zo open en bloot over hebben. Kunnen we keuzes maken voor de langere termijn. Ik heb dus, hoe dan ook, als niet-snurker meer behoefte aan seks dan jij. Nu zijn er naar mijn mening drie oplossingen. Ik kan óók gaan snurken, dan wordt mijn behoefte aan seks waarschijnlijk vanzelf minder. Na drie glazen wijn ga ik altijd redelijk snurken, dus ik heb geen bezwaar tegen deze optie.
De tweede optie is dat we onderzoeken hoeveel meer behoefte ik aan seks heb dan jij. En dat ik er dan iemand bij neem op de avonden dat jij snurkt, in plaats van met mij te vrijen.’

Van het bierviltje is inmiddels niet veel meer over dan stukjes karton. Net als van zijn libido. Maar haar stem gaat onvermoeibaar door.

‘Dan blijft er nog een laatste optie over, en dat is dat jij stopt met snurken. Je kunt natuurlijk in plaats van te gaan slapen gewoon seks hebben. Tenzij je gewend bent tijdens de seks in slaap te vallen en je dan dus juist gaat snurken. Dat trek ik waarschijnlijk niet.’

‘Wat ga je doen schat? Waarom trek je je jas aan?’

‘Ik ga sigaretten halen. Ik geloof niet dat ik al toe ben aan een relatie.’

12 augustus 2023

Van het ka(s)tje naar de muur

Sinds  kort woont er een poes in onze tuin. Hoe ik zo zeker weet dat het een poes is en geen kater? Nou, er hobbelen drie kittens rond haar. Ze voedt ze uitgebreid op ons grasveld. Heel schattig.  Helaas denkt onze hond er anders over en blaft en gromt ze alles bij elkaar als ze de moeder of een van haar jongen ziet lopen. 

Inmiddels heb ik ook de dierenambulance al gebeld. 'Ja, ze kunnen de katten zeker komen halen, maar dan moet ik ze wel eerst zelf vangen. Hebt u een vangkooi?' Ehh, nee, ik geloof niet dat ik ooit een reden heb gehad om zo'n ding aan te schaffen. Nee dus. "Dan kunt u er een lenen bij een dierenarts, tegen betaling van borg. En dan belt u terug als u de katten gevangen heeft." 

Ik weet vrij zeker dat het geen vermiste buurtkat is. Dankzij onze Ring-voordeelcamera, heb ik katten uit onze wijk vrij scherp in beeld. Op Facebook vind ik een groep 'vermiste huisdieren" in mijn gemeente en aangezien moeder poes zich mooi op de foto heeft laten zetten, kan ik mét beeld een oproep doen om de eventuele eigenaar op te sporen.  

In no-time heb ik 75 reacties. Mensen denken te weten dat het de zoekgeraakte Lotje, Tijgertje of wie dan ook is, maar ze hebben het allemaal fout. Anderen reageren vooral met hoe zielig ze het vinden. Of dat je je kat ook niet buiten moet laten, waar dan ook weer anderen (negatief) op reageren. Het lijkt verdorie Twitter (o nee, X) wel onder mijn bericht. Dit gaat me niet helpen.  

Ik bel mijn eigen dierenarts. Die heeft geen kooi voor me, maar hij verwijst me door naar een stichting die enkel katten opvangt. Ik bel de enige ándere dierenarts in mijn woonplaats. Die heeft geen kooi en ook geen advies voor me. Ik bel de stichting die mijn dierenarts aanraadde. Die zit al helemaal vol. "Waar woont u? O, dan moet u de dierenbescherming Noord- Limburg bellen." 
Ik vind ondanks goed zoeken, geen telefoonnummer van de dierenbescherming Noord-Limburg. Op heel veel plekken zitten ze wél, maar niet in Venlo of andere plaatsen in de buurt.  Ik bel dan toch  maar naar een andere locatie dertig kilometer verderop... en wordt snel doorverbonden naar de dierenambulance Venlo. Terug bij af. Grrr...Ik ga er zelf van grommen.  
 
Enigszins radeloos wend ik me maar weer tot mijn spiksplinternieuwe facebookvrienden en zij adviseren me te mailen met een stichting katten vangt, meeneemt en herplaatst. Precies wat ik wil! Ik leg de situatie weer uit, nu schriftelijk en krijg heel snel een reactie. Ze zitten vol, maar ik mag naar een soortgelijke stichting mailen, in Nijmegen. Dat is bijna een uur rijden vanaf ons huis, dus het vertrouwen dat zij mij kunnen helpen, is niet groot. Maar toch, al snel na mijn mailtje krijg ik van "Elke kat telt" een berichtje dat ze al over een paar dagen komen om de poes met jongen te vangen!

Vanmiddag is het zo ver. Ik wijs de twee vrijwilligers met vangkooien waar de katten gewoonlijk zitten. Gelukkig zijn ze niet net even de hort op. De eerste vangkooi wordt van binnen heel aantrekkelijk gemaakt (1 zakje kattenvoer is daarvoor al genoeg). De medewerkers observeren op grote afstand hoe het nu verder gaat en al snel horen we de val dichtslaan.

Eén kitten heeft zich al snel laten verleiden. Ze wordt overgezet in een andere kooi en de val wordt weer geprepareerd. Ook kitten twee hapt snel toe. Moeder is duidelijk al wat wijzer en dus meer wantrouwend. Het duurt bijna anderhalf uur voordat ook zij de kooi inloopt. Er moet nog één kitten zijn, maar die heeft zich de hele middag niet laten zien. Voor de zekerheid zet ik zelf nog een paar dagen de val klaar voor dit poesje, maar ze meldt zich niet. Ik hoop maar dat ze in een gezin is opgenomen, en niet...
Heel fijn om te weten dat voor de geredde katjes een gezin gezocht wordt én dat de geredde moeder gesteriliseerd wordt, zodat er volgend jaar niet weer een stichting voor op pad hoeft voor een zwerfmoeder met kittens!

29 juni 2023

Big bag is… big mess

gepubliceerd op de columnist.net

‘Ben je je mobieltje nu alwéér kwijt?’ Misprijzend schudt mijn man zijn hoofd.

‘Nee, niet kwijt, ik kan het alleen even niet vinden.’
Het is een dagelijks terugkerend gespreksonderwerp. Ik moet altijd zoeken naar iets. Ook al weet ik bijna zeker dat het voorwerp zich ‘ergens’ in mijn handtas bevindt.

Wat sleep ik dan zoal mee? Wacht, ik pak mijn tas er even bij. Hij heeft twee voorvakjes en één groot vak. Die vakjes zijn waarschijnlijk oorspronkelijk bedoeld voor mijn sleutels en mobieltje. In de loop der jaren hebben zich er dingen in genesteld die ik snel ‘even’ kwijt moest. Mooie schelpen. Verfrommelde bonnetjes. Een horloge waar ik een nieuwe batterij in zou laten zetten.

De rits hapert omdat er een kettinkje tussen zit maar na wat getrek kan ik de inhoud van het grootste vak – zeg maar gerust mijn persoonlijke grabbelton – bekijken.
Mijn agenda; onmisbaar nu ik wat vergeetachtiger word. Natuurlijk heb ik ook een agenda app op mijn telefoon staan, maar als ik mijn telefoon vergeet of even niet kan vinden, is zo’n papieren exemplaar toch verdomd handig.
Zonnebrandcrème. Het is een voordeeltube, dus inderdaad wat groot om mee te slepen, maar daardoor kan hij niet per ongeluk door het gat in de voering verdwijnen. Oogpotloodjes. Meervoud ja, want de punten breken altijd af in mijn tas en dan koop ik maar weer een nieuwe. Slijpen zou eenvoudiger zijn, als ik die verdomd kleine puntenslijper niet altijd kwijt was.

Papieren zakdoekjes. Schone, maar ook vieze. Er is immers niet altijd een prullenbak in de buurt. Bovendien zijn gebruikte zakdoekjes meteen een goed afschrikmiddel tegen vreemde handen die in mijn tas willen graaien.

Tampons. Sommige met het plastic er nog netjes omheen, andere half bloot en opgeblazen doordat er ook altijd een ‘ik-dacht-toch-echt-dat-ik-het-goed-had-dichtgedraaid-waterflesje’ bij me heb.Gelukkig ben ik op een leeftijd dat ik geen tampons meer nodig heb.

En dan nog verschillende pennen die hun sporen in de voering hebben achtergelaten. Verder tref ik nog een boterhamzakje met inhoud aan. Ik kan niet meer met zekerheid vaststellen of er inderdaad een boterham inzit, maar zo te voelen is het in ieder geval iets zachts. Gatver, laat ik dat maar gelijk weggooien.

Kauwgum. De tijd heeft er al barstjes in gemaakt. En dan toch echt…mijn telefoon. Ah, zie je wel dat hij gewoon in mijn tas zat.

Wat heb je als vrouw toch veel mee te slepen! Geen wonder dat ik af en toe iets even kwijt ben. Ik probeer het probleem eens met andere ogen te bekijken. Wat zou mijn man bijvoorbeeld doen als hij zijn spullen steeds kwijt was?

Verrek, dat hebben we nog niet zo lang geleden meegemaakt. De hamers, schroevendraaiers, steeksleutels, rolmaat en ander gereedschap slingerden in zo’n grote gele tas rond, waardoor hij nooit wat kon vinden. Hoe heeft hij dat toen opgelost? Eens even in de garage kijken.

Gevonden! Een gereedschapskist op wieltjes met héél veel separate vakjes, afgesloten met een doorzichtige deksel zodat er niets uit kan vallen én je altijd kunt zien wat zich waar bevindt! Dat moet voor mij ook de oplossing zijn! Zodra mijn sleutelbos weer boven water is, rijd ik naar de Gamma. Nu maar hopen dat ze hem ook in het roze verkopen!


20 juni 2023

Andermans leed...


Ik vind het zelf ook best raar. En het lijkt alleen maar erger te zijn geworden sinds ik zelf in het ziekenhuis lag; de wens om voor het slapen gaan nog snel even op tv te zien hoe anderen lijden.

Ik zet mijn matras in een comfortabele kijkstand en bij ’24 uur op de EHBO’ is het vandaag al direct raak. Er komt een melding binnen van een man met een gevaarlijk hoog hartritme. Over tien minuten zal hij arriveren. Haastig zie je het personeel alle voorbereidingen treffen. Even later wordt het slachtoffer binnengereden.

Ik ben ook erg moe rond dit tijdstip, maar weet uit ervaring dat een hartslag van boven de 200 nog veel vermoeider maakt. Alle onderzoeken die deze man ondergaat, heb ik ook gehad. Ik prevel zachtjes: ‘het komt wel goed, meneer. Hier zijn goede medicijnen voor, maar u zit daar wel uw leven lang aan vast.’ Jammer dat hij het moet doen met een zeurderige, pessimistische vrouw naast zich. Daar kun je trouwens ook een hoog hartritme van krijgen!

Ik vind het een uitdaging om als leek in te schatten wat de patiënt uiteindelijk blijkt te mankeren en zonder op te scheppen: ik word er echt steeds beter in. Denk dat ik met alle ervaring die ik inmiddels heb opgedaan, best de triage zou kunnen runnen.

Wordt iemand hoestend en heel benauwd de EHBO binnen gereden? Dan hoop ik dat er niet heel veel vocht in de longen zit. Super pijnlijk als ze dat eruit moeten zuigen, weet ik van mijn broer.

Heel vaak zegt het personeel trouwens dat ze de pijnplek eerst gaan verdoven, maar geloof dat maar niet! Ze probéren het wel te verdoven, maar als je een schouder uit de kom weer ‘erin moet laten schieten,’ is er geen werkende verdoving! Het is ook niet voor niets dat de schouderkop erin moet ‘schieten’ in plaats van het veel lieflijker woord ‘glijden’. Meestal hoor je dan ook geen kleine au meer uit je televisietoestel komen, maar een oerschreeuw die door merg en been gaat. Ik zet het geluid dan ook alvast wat zachter. Zelfs ik heb grenzen bij wat ik aankan!

Er wordt een hevig bloedende jongeman binnengebracht. Hij is met zijn vinger in de kettingzaag gekomen. Ik ben net begonnen aan mijn bakje snoeptomaatjes, als een verpleegkundige het verband van zijn hand draait. Jee, dat ziet er akelig uit. Zeker omdat een deel van de ketting nog in de vingers vastzit. Bij deze patiënt hoef ik niet te raden wat de diagnose is, nou ja, het kan natuurlijk nog variëren van (enkel) huidschade tot doorgesneden pezen en zenuwen.

Uiteindelijk is het altijd de arts die bij de ernstigere gevallen komt vertellen wat er uit de onderzoeken is gekomen. Of het verschijnt nog in een paar regeltjes in beeld, net voor de aftiteling.

Mevrouw Stevens is goed hersteld van haar botbreuk. Helaas viel zij een paar weken later bij het afdoen van de keukentegeltjes van haar aanrecht en brak ze haar nek.

Hè bah, wat een naar einde, denk ik dan. Moesten ze dat laatste er nu echt bijzetten? Want hoewel ik wel wat sadomasochistische trekjes heb, ben ik wel dol op een goede afloop, zo net voor het slapen gaan.


14 juni 2023

Wat is er leuk aan werken in een bibliotheek?


 

Iedereen in mijn directe omgeving weet inmiddels wel dat ik als vrijwilligster in de Venlose stadsbibliotheek werk. Ook veel anderen weten dat trouwens, omdat ik harder ga praten als ik ergens erg enthousiast over ben.

S
orry! Maar het is ook zo'n leuke, levendige plek om te werken! Het is eigenlijk een soort mini-samenleving. Er komen letterverslinders zoals ik zelf ook ben, maar ook jongeren die in alle rust willen kunnen studeren, vluchtelingen en anderstaligen die Nederlands komen oefenen, kinderen die met ouders of (opvallend veel) grootouders boeken komen uitzoeken of komen luisteren tijdens het voorlees-uurtje, mensen die hulp nodig hebben bij belastingzaken of digitale problemen. De bieb doet tegenwoordig zoveel meer dan boeken uitlenen! En dan heb ik nog niets eens benoemd dat er heel veel evenementen georganiseerd worden!

Ik werk drie uur per week, en dat blijkt voor mij ook wel direct het maximum. Omdat het maar één ochtend per week is, duurde het inwerken helaas wat langer dan dat ik leuk vond. Wie mij een beetje kent, weet dat ik niet van hulp vragen hou én dat ik mijn werk graag (meteen) goed doe. En dat mijn geheugen, vooral voor cijfers, erbarmelijk slecht is geworden van de chemo. Ik moest dus heel veel vragen en nog meer noteren, zodat ik het niet zou vergeten. Zoals? De viercijferige code van het kluisje voor vrijwilligers. Handig immers om ook na afloop van het dagdeel nog te weten als ik mijn tas mee naar huis wil nemen. De viercijferige code van de lift, anders kom je niet in de kelder waar het magazijn is. De viercijferige code van de toegangsdeur naar de personeelsetage. Ja, al die codes zijn weer anders. Ze pasten maar nét in mijn linker handpalm, klein geschreven. De namen van degenen met wie ik werkte, schreef ik thuis direct op, zodat ik ze de keer erop nog 'wist'. Maar ik moest vooral natuurlijk de plaats van de boeken, dvd's en tijdschriften leren onthouden. Vooral bij de kinderboeken heb je enorm veel categorieën, ingedeeld naar leesniveau, (of) leeftijd, prentenboek, fictie of informatief.  
 
Na een paar maanden merkte ik dat het allemaal steeds meer vanzelf ging. Het cliché dat veel oefenen baat, bleek ook nu weer terecht een cliché.
De vaste krachten, die uiteraard zelf achter de balie staan en alle knowhow hebben om mensen met een verloren pas, boek (kind? ouder?) te helpen, zijn heel erg aardig en we worden steevast bij vertrek bedankt voor het werk dat we die ochtend hebben verstouwd. Voldaan stap ik daarna met een stapeltje net ontdekte boeken, naar buiten. Het leukste compliment ontving ik echter gisteren indirect van een collega-vrijwilligster waarmee ik eens in de twee weken samenwerk. 'Wat een puinhoop was het vorige week dinsdagmiddag toen jij er 's morgens onverwacht niet kon zijn. De inleverkasten puilden uit van de boeken, er stonden karretjes met boeken uit het magazijn die nog allemaal
Het leukste compliment ontving ik echter gisteren indirect van een collega-vrijwilligster waarmee ik eens in de twee weken samenwerk. 'Wat een puinhoop was het vorige week dinsdagmiddag toen jij er 's morgens onverwacht niet kon zijn. De inleverkasten puilden uit van de boeken, er stonden karretjes met boeken uit het magazijn die nog allemaal klaargezet moesten worden bij 'reserveringen. Er was geen doorkomen aan!" 

Ik glimlachte. Wat heerlijk dat het zonder ons, de vrijwilligers, een puinhoop wordt! 😊